Quarantaine beschermt niet tegen huiselijk geweld
Aangemaakt op in blog / algemeen
Coronavirus en huiselijk geweld. Twee begrippen die je in de eerste instantie misschien niet gelijk aan elkaar zou koppelen. Toch blijkt er een relatie. Organisatie Veilig Thuis ziet sinds de start van de corona crisis een stijging van het aantal telefoontjes naar de kindertelefoon die te maken hebben met huiselijk geweld.
De verwachting is dat er bij Veilig Thuis meer meldingen gaan komen, hoewel de cijfers dat vooralsnog niet bevestigen.
“Bij de vorige crisis was er een toename van huiselijk geweld te zien”, vertelt Iris (45). Zij werkt al vier jaar bij Veilig Thuis. Bij de vorige crisis ontstond veel werkeloosheid waardoor veel mensen hun baan verloren en thuis kwamen te zitten. De (financiële) problemen gaven veel stress en relaties kwamen mede hierdoor onder druk te staan. Kwetsbare gezinnen werden nog kwetsbaarder en gezinnen die hun leven goed op orde hadden kwamen opeens in zwaar weer, met alle gevolgen van dien.
Nu is dit weer de verwachting. Je zit de hele dag bij elkaar in beperkte ruimte en daardoor lopen de irritaties soms hoog op. Oplopende irritaties kunnen een crisis veroorzaken die volwassenen (al dan niet met kinderen) niet zelf meer kunnen oplossen. Dit zijn situaties waar medewerkers van Veilig Thuis gelijk naartoe moeten. Volgens Iris zijn dit situaties waarbij onveiligheid en/of mishandeling altijd een rol speelt. De onrust die dit met zich meebrengt wordt afgereageerd op elkaar en dat is het moment wanneer Veilig Thuis om de hoek komt kijken.
Wat is Veilig Thuis?
Veilig Thuis is een organisatie die ondersteuning biedt aan mensen die in een onveilige situatie zitten. “Slachtoffers, plegers, omstanders en professionals kunnen contact opnemen met Veilig Thuis als zij een vermoeden hebben van kindermishandeling of huiselijk geweld”, meldt de website van Veilig Thuis.
Iris vertelt dat het vaak de politie is die een melding maakt: “Als er een melding binnenkomt wordt een triage gedaan door Veilig Thuis om de ernst en aard van de situatie te beoordelen. Als er is beoordeeld dat er sprake is van onveiligheid gaan er twee medewerkers van Veilig Thuis langs bij de mensen over wie het gaat. Twee paar ogen zien immers meer dan één paar. Er moet goed geobserveerd worden; hoe ziet het huis eruit? Als er sprake is van geweld: heeft het slachtoffer verwondingen? Zijn er kinderen betrokken, hoe gaat het met het kind, wat heeft hij/zij nodig? Een andere reden om altijd met z’n tweeën langs te gaan heeft te maken met veiligheid. Als er in het huishouden sprake is van veel geweld of als er iemand bekend staat als agressief, sta je met twee sterker dan alleen. “
Het gesprek
Eenmaal aangekomen bij het desbetreffende huis gaan de medewerkers in gesprek met de betrokkenen: “Er is iemand die zich zorgen om hen maakt dus je wil weten hoe het gaat met de betrokkenen, wat vinden zij van de melding? is er hulp nodig?”
“Je komt niet altijd gewenst dus regelmatig zijn mensen wantrouwend of bieden enige vorm van weerstand en willen niet in gesprek. We nemen mensen hierin heel serieus en door ze goed te informeren. Door in te voelen in hun situatie kunnen we vaak wel in gesprek met de mensen. Door de jaren heen leer je op welke manier je dit het beste kan aanpakken. In geval van agressie let je bij binnenkomst goed op en zoeken we vaak een tactische plek uit in de woonkamer zodat je in geval van nood snel weg kunt”, vertelt Iris. “Bij collega’s is het wel eens gebeurd dat zij weg moesten, bij mij gelukkig nog nooit.”
Aan de hand van de gesprekken die de medewerkers hebben gehad met alle betrokkenen maken zij een veiligheidsplan samen met het gezin of met het systeem. In zo’n plan staan de afspraken tussen partners, tussen ouders en kind, tussen kinderen onderling die helpend zijn om de veiligheid te vergroten. Wie doet wat bij welke ruzie of spanning, wie kan gebeld worden voor steun, neemt iemand een time-out nemen en zo ja hoe/wat dan? In een veiligheidsplan staat dus concreet beschreven wat er moet gebeuren vanaf nu zodat het voor iedereen veilig is in zijn huis.
Ouderenmishandeling
Elke casus is verschillend, waardoor ook elk veiligheidsplan verschillend is. Hoewel het in de media vaak over kinderen gaat, is er ook veel sprake van ouderenmishandeling. Dit is het gebied waar Iris vooral in werkzaam is. Ouderenmishandeling is mishandeling van een 65-plusser die afhankelijk is van een ander. “Bij ouderen is het soms lastig om ze te helpen, zij vinden verandering lastig en houden daardoor de situatie deels in stand. Sommige mensen wil je redden maar laten zich niet redden.”
Slachtoffers kunnen de mishandeling accepteren om verschillende redenen. Vaak zijn ze bijvoorbeeld financieel afhankelijk van de pleger, of krijgen ze mantelzorg van die persoon. Anderen willen bij hun partner blijven uit angst voor verandering.
“In het algemeen geldt dat pas na gemiddeld 43 incidenten huiselijk geweld naar buiten komt. Dat is het moment als professional om een slachtoffer een luisterend oor te bieden, steun te geven en hopelijk hulp te organiseren voor alle betrokkenen.”
Voor die tijd is het belangrijk voor de omgeving om te signaleren; de buren die een oogje in het zeil kunnen houden, de huisarts die informatie geeft of school die een kind een veilige plek biedt. “Dan hoop je op die manier dat iemand eerder een kans krijgt om een arm om iemands schouder heen te slaan en betrokkenen hulplijnen te bieden.”
Kindermishandeling
Kindermishandeling is een ander verhaal. Waar we bij ouderenmishandeling alleen kunnen helpen als zij dat zelf ook willen, ligt dit bij situaties waar kinderen bij betrokken zijn anders.
“Met kinderen erbij móet je doorpakken als de onveiligheid te groot is. Wij zijn gericht op samenwerking, partnerschap en we kijken hoe we een gezin kunnen helpen. Het komt voor dat onze hulp niet genoeg. Als de situatie te onveilig blijft kan het zijn dat Veilig Thuis de Raad voor Kinderbescherming inschakelt om een onderzoek te doen naar wat het kind nodig heeft en hoe dit geregeld kan worden.”
Dit is bijvoorbeeld het geval als ex-partners in complexe echtscheidingen elkaar zwartmaken. Vaak kunnen de ouders dan niet meer relativeren. Elk klein signaal wordt aangewend als een reden om het kind niet meer naar de partner te laten gaan, het kind wordt dan ingezet als middel in de strijd.
Jeugdzorg is een organisatie waar Veilig Thuis op gebied van jeugd veel mee samenwerkt. De doelgroep die onder ‘jeugd’ valt zijn de kinderen van 0 t/m 18 jaar. Soms is er sprake van een verlengde jeugdzorg. Dan val je tot je 23e onder deze doelgroep.
Jeugdzorg is een algemene omschrijving voor álle maatschappelijke zorgvoorzieningen voor de jeugd, maar Jeugdzorg gaat in de volksmond meestal over jeugdbescherming en het uit huis plaatsen van kinderen. Als Veilig Thuis alle informatie heeft verzameld en vervolgens vindt dat Jeugdzorg hierbij betrokken moet worden dan contacteren zij de gemeente hierover. De gemeente is als het ware de makelaar tussen Veilig Thuis en Jeugdzorg. De gemeente zorgt er vervolgens voor dat de benodigde zorgaanbieder jeugdhulp biedt in het betreffende gezin. Dit kan lichtere hulp zijn voor ouders, voor het kind of voor een heel gezin, maar het kan ook een intensievere vorm van hulp zijn, bijvoorbeeld het uit huis plaatsen van een kind of jongere.
Uitzonderingen
Er zijn ook uitzonderingen waarbij Veilig Thuis wel direct Jeugdzorg mag benaderen. Bijvoorbeeld als er sprake is van crisis. Dan kan Veilig Thuis crisishulp inschakelen. Een crisissituatie kan bijvoorbeeld de situatie zijn dat kinderen ernstig verwaarloosd zijn (op de grond slapen, geen eten in huis, etc.), maar ook een kind dat is weggelopen en zichzelf in gevaar brengt door bijvoorbeeld drugsgebruik of omdat er vermoed wordt dat hij/zij mogelijk actief is in de prostitutie.
Ook als er sprake is van ernstig huiselijk geweld waarbij de vrouw (met kinderen) tijdelijk op een veilige plek moet verblijven kan meteen via Veilig Thuis een plek in de vrouwenopvang worden geregeld. In zo’n situatie hoeft de gemeente niet als tussenpersoon te fungeren. Ook tijdens de corona-crisis kan jeugdhulp sneller door Veilig Thuis zelf worden geregeld, echter wel altijd in samenspraak met de gemeenten.
“Ik probeer het niet op mijzelf te betrekken”
Over het algemeen worden er in de media veel rampverhalen uitgelicht met betrekking tot Veilig Thuis en Jeugdzorg. Iris vertelt dat zij het jammer vindt dat er zoveel negatieve verhalen de ronde doen.
“Tuurlijk zitten er verhalen tussen die waar zijn, want er werken duizenden mensen en het zal echt wel eens misgaan, maar er wordt vaak geen wederhoor gepleegd. Het kan bijvoorbeeld de waarheid zijn dat er acht mensen op de stoep staan om een kind uit huis te plaatsen en dat dit gepaard gaat met de nodige commotie. Maar dit wordt door zoveel mensen gedaan omdat de onveiligheid groot wordt geacht bij het betreffende gezin. Het verhaal dat zich in alle jaren daarvoor heeft afgespeeld waardoor dit punt bereikt is én de inspanningen die geleverd zijn om er wel samen uit te komen wordt vaak niet toegelicht.” Iris betrekt de negatieve publiciteit nooit op zichzelf, maar vindt het wel jammer.
Het is volgens Iris een bepaald type mens dat dit werk kan doen; stressbestendig en flexibel. Eigenschappen als respect hebben voor anderen, zich niet snel persoonlijk aangevallen voelen, en inlevingsvermogen passen ook in dit rijtje.
“Ik vind dat je altijd moet denken ‘het zou mij maar overkomen. Ik zou maar in zo’n situatie zitten’; wat vind ik dan prettig? Heb respect. Ook al zit je tegenover een vermeend crimineel. Als iedereen zich meer en beter in de ander zou verplaatsen dan is dat beter voor de onderlinge relatie en ik hoop dat mensen dan ook respectvoller gaan praten over ons beroep”, aldus Iris.
Ben je zelf slachtoffer van huiselijk geweld of heb je het vermoeden dat iemand in je omgeving slachtoffer is? Bel gratis naar: 0800-2000